Rond vijfjarige leeftijd kunnen er bij kinderen gendergerelateerde problemen ontstaan. Maar de vraag of een kind transgender is, is op deze jonge leeftijd niet relevant. Wél is het belangrijk ieder kind te ondersteunen in zijn of haar identiteitsontwikkeling.
Kinderen gaan rond een jaar of drie beseffen dat ze een jongen of een meisje zijn, en dat besef gaat gepaard met sterker ‘genderspecifiek’ gedrag: ze gaan zich meer gedragen als een jongen of als een meisje. Kinderen van deze leeftijd denken dat hun sekse nog kan veranderen. Pas rond vijf jaar beseffen ze dat hun sekse vaststaat. Hun ideeën over genderrollen kunnen rond deze leeftijd erg star zijn. En de meeste genderdysfore kinderen komen vanaf deze leeftijd in de problemen.
Wanneer zorgen maken?
Blijkt een kind ongelukkig met zijn of haar genderidentiteit en duurt dat langer dan een paar maanden, dan is het tijd om aan de bel te trekken. Het kind geeft bijvoorbeeld regelmatig aan zich van het andere geslacht te voelen, alleen met kinderen van het andere geslacht te willen spelen of alleen met typisch speelgoed of typische spelletjes van het andere geslacht te willen spelen. Of het wil in toneelspel altijd een karakter van het gewenste geslacht spelen. Sommige kinderen hebben voor zichzelf zelfs al een passende naam bedacht.
Het is helemaal niet belangrijk om zeker te weten of een kind met dit gedrag transgender is of niet. Voor kleuters is (fysieke) behandeling sowieso nog niet aan de orde, dus in feite is de vraag of een kind transgender is, niet relevant. Ondersteunen in de identiteitsontwikkeling, waar die ook toe leidt, is echter wel belangrijk.
Wat kun je doen?
Maak wat je ziet bespreekbaar met het kind. Voor kinderen is het fijn te kunnen praten over hun gevoelens. Het kan enorm opluchten. Benadruk de diversiteit van mensen, ook in de groep, en bespreek met ouders wat je ziet. Genderdysforie is erg ingrijpend en kan leiden tot bijgaande problematiek zoals een negatief zelfbeeld, angst of onzekerheid, als er niet goed op gereageerd wordt. Bespreek anderzijds ook met ouders hun zorgen omtrent experimenteergedrag: maak hun duidelijk dat normaal experimenteergedrag bij de leeftijd hoort en niet zorgwekkend hoeft te zijn.
E-learning ‘Jong en transgender’
De basismodule ‘Jong en transgender’ voor professionals in de jeugdgezondheidszorg geeft uitleg over gender diversiteit in het algemeen, en transgender gevoelens in het specifiek. Het doel van de online training is het aanreiken van taalgemak en een vermindering van de handelingsverlegenheid. Het is een module voor medewerkers in de jeugdgezondheidszorg en andere professionals die met jeugdigen in de leeftijdsgroep 2-18 jarigen werken. Lees verder >
Meer informatie
