Driejarige kinderen starten hun schoolloopbaan met een specifieke set van schoolrijpheidsvaardigheden. Een voorbeeld zijn hun executieve functies in combinatie met taal-, motorische en sociaalemotionele vaardigheden. De sterkte hiervan varieert van kind tot kind.
Optimaal ontwikkelde vaardigheden in verschillende ontwikkelingsdomeinen zijn van belang voor een goede start in het basisonderwijs. Dat wordt wel ‘schoolrijpheid’ genoemd. Erica Kamphorst onderzocht de zich ontwikkelende schoolrijpheid bij driejarige Nederlandssprekende kinderen.
Als eerste werden in het onderzoek vier schoolrijpheidsprofielen geïdentificeerd, die elk bestonden uit een specifiek patroon van sterktes en zwaktes op het gebied van executieve functies in combinatie met taal-, motorische en sociaalemotionele vaardigheden. Deze profielen verschilden in het bijzonder op het gebied van motorische vaardigheden en schooluitkomsten in groep 3.
Een volgend onderzoeksthema was de context waarbinnen schoolrijpheidsvaardigheden worden ontwikkeld. De focus lag daarbij op de moeder- kind interactie. Dit is, zoals Kamphorst aangeeft in haar onderzoek ‘een cruciaal proces in de dagelijkse context van jonge kinderen’.
Kamphorst laat in haar onderzoek zien dat schoolrijpheid geen kwestie is van wel of niet schoolrijp. Bij het onderzoeken en beschrijven van de schoolrijpheid van een kind vindt zij het vanuit dit onderzoek van belang dat er meerdere meetmomenten zijn en een persoonsgerichte en holistische benadering wordt gebruikt.
Verder lezen?
Lees hier de Nederlandse samenvatting, pagina 197 en verder
Bron: rug.nl
