Het Van Wiechenonderzoek is in Nederland de gouden standaard voor het monitoren van – en begeleiden van ouders bij – de ontwikkeling van het jonge kind (0–4 jaar). Maar wat vertel je vervolgens aan de ouders? Om professionals hierin te ondersteunen, heeft het NCJ informatie hierover op een rij gezet.
Wat vertel je als JGZ-professional aan ouders als je het Van Wiechenonderzoek (VWO) uitvoert? Tot nu toe was dit grotendeels afhankelijk van scholingen en van degene die je inwerkt. Inmiddels is het gelukt om deze informatie te ontsluiten op landelijk niveau.
Het afgelopen jaar hebben twee jeugdartsen, die tijdens hun opleiding stage liepen bij het NCJ, hieraan gewerkt: Rifka Efrat en Kirsten Smeding, beiden aios M+G profiel JGZ eerste fase. De teksten zijn tot stand gekomen na vele online gespreksmomenten met onder meer Van Wiechen-instructeurs, leden van de Landelijke Expertgroep Ontwikkelingsonderzoek (LEO) en Yvonne Vanneste.
Drie ontwikkelingsdomeinen
Op de NCJ-website staat nu het verhaal over het Van Wiechenonderzoek: een geheugensteun voor wat je aan ouders hierover kan vertellen. Het onderzoek kent een verdeling in drie ontwikkelingsdomeinen. Per domein vind je het verhaal voor ouders over de ‘ontwikkelingstaak’ binnen dat domein van het kind. Vervolgens is bij ieder kenmerk het verhaal ‘In gesprek met ouders’ te lezen: een voorbeeld van wat je ouders kunt vertellen over het kenmerk dat je uitvoert. Bij het geven van informatie kun je gebruikmaken van de toestemmingsvraag, bijvoorbeeld: “Mag ik je hier wat meer over vertellen?”.
Naar de ondersteuningspagina’s
Kenmerken Van Wiechenonderzoek
Kwaliteitsborging Van Wiechenonderzoek
Suggesties?
Het verhaal over het Van Wiechenonderzoek is met de grootst mogelijke zorgvuldigheid samengesteld, maar mogelijk niet volledig en zeker niet statisch. Mocht je aanvullingen hebben, neem dan gerust contact op met Yvonne Vanneste. Zij legt je suggestie voor aan de leden van de LEO en past zo nodig het verhaal aan.
Bron: ncj.nl