De SPARK-methode ondersteunt ouders en jeugdverpleegkundigen bij het voeren van gesprekken over de opgroeisituatie van het jonge kind. Met de methode komt de jeugdverpleegkundige tot een betrouwbare inschatting over het risico op opvoed- en ontwikkelingsproblemen. Recent is de methode overgedragen aan het NCJ.
Jeugdverpleegkundigen en jeugdartsen zien met regelmaat 98 procent van alle baby’s. Ook zien zij 90 procent van kinderen tussen één en vier jaar. Zij krijgen zo een goed beeld van de gezondheid van het kind en het zich ontwikkelende ouderschap van de ouders. Het in kaart brengen van iedere unieke opgroeisituatie vraagt om een gevalideerd instrument. Een instrument dat op belangrijke overgangsmomenten in het leven van een kind kan worden ingezet. Het gaat om de zogenaamde transitiemomenten zoals de geboorte, de overgang van zuigeling naar peuter en de overgang van kleuter naar basisschool. De SPARK-methode voorziet hierin.
Duidelijke structuur vraaggesprek
Voluit heet SPARK: Signaleren van Problemen en Analyseren van het Risico bij opvoeden en opgroeien van Kinderen. De methode is uitgebreid getest en bestaat uit verschillende modules, de Balansmeter en e-consulten.
De methode geeft een duidelijke structuur voor het vraaggesprek van de jeugdverpleegkundige met de ouders. Zo behandelt de methode nauwgezet iedere specifieke opgroeisituatie. Hierdoor worden eventuele opvoed- en ontwikkelingsproblemen in een vroeg stadium gesignaleerd. De werkwijze mondt uit in een betrouwbare inschatting of het om een laag, verhoogt of hoog risico op opvoed- en ontwikkelingsproblemen gaat. Een filmpje legt de methode in 2 minuten uit.
Domeinen
In het vraaggesprek worden verschillende onderwerpen behandeld, de zogenoemde domeinen. Aan de hand van deze domeinen gaat de jeugdverpleegkundige na of het beeld vanuit het dossier klopt met het beeld dat de ouders zelf hebben. Iedere SPARK behandeld domeinen die aansluiten op het voorgaande transitiemoment.
Borging en toekomst
De SPARK-methode, werkwijze e-consulten en Balansmeter zijn recent overgedragen aan het NCJ. Ingrid Staal, ontwikkelaar en onderzoeker van de methode, GGD Zeeland en het Julius Centrum/UMC Utrecht zijn met het NCJ in gesprek gegaan over de borging en toekomst van de ontwikkelde methoden. Maatschappelijk belang stond hierbij voor alle partijen voorop, wat maakte dat men het relatief snel eens was over de overgang van de methoden naar het NCJ.
Het NCJ kijkt ernaar uit om de methoden samen met de huidige en toekomstige gebruikers door te ontwikkelen en in te bedden in de kwaliteitsborging van de overige NCJ interventies, de GIZ, Stevig Ouderschap, VoorZorg, Samen Starten en MAZL. Ingrid Staal blijft betrokken bij de SPARK, e-consulten en Balansmeter waardoor het NCJ vanuit een goede basis de focus kan leggen op doorontwikkeling en onderzoek.
Inspirerend vervolg
Het NCJ gaat de plannen voor kwaliteitsborging en doorontwikkeling van de overgedragen methoden nader uitwerken met aandacht voor digitale beschikbaarheid en dwarsverbanden met andere methodieken en interventies in beheer bij het NCJ.
Het NCJ kijkt uit naar een inspirerend vervolg en een mooie samenwerking met een toenemend aantal JGZ-organisaties.
Wil je meer weten? Aarzel dan niet om hieronder contact op te nemen met Ingrid Staal.
Bron: ncj.nl / spark-methode.nl
Zie ook:
