Moeilijk eetgedrag bij jonge kinderen kan ouders tot wanhoop drijven. Veelal ten einde raad roepen zij hulp van buiten in. Dr. Anouk Spruit pleit ervoor om dan nadrukkelijk te letten op barsten in de relatie tussen ouders en kind. “Vanuit het kind gezien zijn de eetmomenten namelijk bij uitstek situaties om deze relatie te ‘testen’. Juist daarom is het uiterst zinvol om tijdens eetmomenten te kijken naar de wisselwerking tussen de ouder en het kind aan tafel. Vaak levert dit concrete aangrijpingspunten op voor de behandeling.”
Interview: Vakblad Vroeg
Anouk Spruit wijst erop dat het voeden van hun kroost een belangrijke taak is van ouders van jonge kinderen. “Daarmee krijgen ze immers de bouwstenen binnen om te kunnen groeien en zich te ontwikkelen. Afwijkend eetgedrag maakt veel ouders dan ook machteloos en radeloos. Het is zo’n kwetsbaar onderwerp dat hun sensitiviteit en mentaliserend vermogen onder druk kunnen komen te staan. Daar komt bij dat eten één van de weinige dingen is waar een baby of peuter zelf echt controle over ervaart. Als het eerder te weinig zeggenschap heeft kunnen ervaren, kan het kind rondom het eten extra behoefte aan controle hebben.” Een en ander werkt niet bevorderend op de gehechtheidsrelatie. “Doordat ouders niet goed meer kunnen afstemmen op hun kind, kan het eetprobleem in stand worden gehouden of zelfs verergeren.”
Je veilig voelen
Trauma verdient in dit verband speciale aandacht. “In wezen betekent trauma dat je je door eerdere ingrijpende en nare ervaringen in het heden nog steeds niet veilig voelt. Ook al is het ‘gevaar’ al geweken. Je veilig voelen is nu juist zo belangrijk om te gaan ontdekken, te gaan leren en te gaan ontwikkelen. En leren eten is een enorme ontdekkingstocht! Wanneer een kind zich in het hier en nu niet veilig genoeg voelt, kan dit het ontwikkelen van een gezond eetpatroon in de weg staan. Het kind heeft bijvoorbeeld een bepaalde angst ontwikkeld om te slikken, is bang om over te geven of wil bepaalde structuren of smaken niet meer eten. Controle over wel of niet eten kan een poging zijn om weer wat autonomie te gaan ervaren. Nare ervaringen die raken aan de basisbehoeften, zoals je gehoord en gezien voelen, liggen in andere gevallen aan de basis van het moeilijke eetgedrag. Voor nare ervaringen van ouders geldt hetzelfde.”
Ondersteunende rol professionals
Anouk is in dit verband pleitbezorger van goede en multidisciplinaire diagnostiek. “Dit is nodig om zicht te krijgen op alle factoren die bijdragen aan het ontstaan of instandhouden van de eetproblematiek. Ik adviseer altijd om op basis van een breed gedragen behandelplan regelmatig met alle betrokkenen af te stemmen of iedereen nog wel op de juiste koers zit. Het is zo verwarrend als dit niet zo is. Bijvoorbeeld als ouders van de meer medisch geschoolde professionals boodschappen krijgen die hun zorgen alleen maar vergroten en van de pedagogische kant te horen krijgen dat er ontspanning en vertrouwen nodig is.”
Naast ouders staan
Anouk drukt direct betrokkenen in dit verband op het hart om naast ouders te gaan staan. “Kijk vooral samen goed naar welke signalen het kind geeft. Overleg vervolgens over hoe deze zijn te duiden. Niet alleen tijdens de eetmomenten, maar juist ook breder in de dagelijkse ouder-kindinteracties. De professional moet daarbij de veilige plek zijn voor ouders, waarin zij zich gesteund en gehoord voelen. Dan is er vaak veel meer ruimte voor ouders om hun eigen omgang met het eetprobleem te veranderen.
Een ander advies is om vooral mee te bewegen met de situatie ter plekke. “Vanuit de gehechtheidsbril moet iedere vorm van dwang, dreigen, forceren worden voorkomen. Soms leidt afdwingen tot een tijdelijke positieve verandering in het eetgedrag van het kind. Daar staat tegenover dat de kans aanwezig is dat zich op langere termijn een traumatische ervaring vormt.”
Dr. Anouk Spruit werkt als orthopedagoog en wetenschappelijk onderzoeker bij Basic Trust, een organisatie voor jeugd-ggz gespecialiseerd in gehechtheidsproblematiek en trauma.
Zie ook: