Nieuwe methode voor meten vroege ontwikkeling tot 36 maanden

De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft de Global Scales for Early Development (GSED) gelanceerd. Het betreft een nieuwe methode om de ontwikkeling van kinderen tot 36 maanden te beoordelen. Dit gebeurt met behulp van metingen die cultureel neutraal eenvoudig zijn toe te passen.

De vrij toegankelijke methode is begrijpelijk voor zorgverleners en kinderen. TNO maakte deel uit van het team dat het GSED-pakket heeft ontwikkeld. Met de ‘Developmental score’ (D-score) leverde TNO de ruggengraat voor de GSED.

D-score

De D-score is een universele maat om de globale ontwikkeling van een kind weer te geven. Dit gebeurt in een meeteenheid, zoals meters voor lengte en grammen voor gewicht. Bij berekening via het GSED-pakket gebeurt dit in de vorm van ontwikkelingsgebieden zoals cognitie, taal, motoriek en sociaal-emotionele vaardigheden. Deze worden dan in één getal weergegeven. De score kan verder het effect aantonen van metingen om de ontwikkeling van kinderen te verbeteren.

Een ontwikkelingsstoornis in de vroege kindertijd kan leiden tot uitdagingen voor de rest van iemands leven. Ongeveer 43 procent van alle kinderen in lage- en middeninkomenslanden loopt het risico op een ontwikkelingsachterstand.

Hoog risicogehalte

“Als TNO zijn we erg trots op het feit dat we samen met de WHO en andere partners de GSED hebben ontwikkeld”, zegt dr. Iris Eekhout. Sinds 2017 is zij samen met prof. Stef van Buuren, de bedenker van de D-score, nauw betrokken bij het GSED-project. Ongeveer 43 procent van alle kinderen in lage- en middeninkomenslanden loopt het risico op een ontwikkelingsachterstand. Eekhout: “Met de D-score en de GSED-metingen hebben we voortgebouwd op bestaande gegevens en expertise.”

Advertentie

Inzet van de GSED

De GSED-metingen zijn ontwikkeld voor wereldwijd gebruik. Vooralsnog richt de GSED zich op de ontwikkeling van kinderen tot de leeftijd van 36 maanden. Eekhout: “Ons doel voor de toekomst is om de D-score uit te breiden voor oudere kinderen en de meting over de leeftijden heen te harmoniseren. We hopen in de nabije toekomst met veel meer partners te kunnen samenwerken om dit doel te realiseren.”