Recensie ‘Kobus, de dwarse krab’ door Zoë Kempe
‘Kobus, de dwarse krab’, geschreven door Dr. Juliette Liber, is een interactief voorleesboek voor jonge kinderen. Dieren met menselijke karakters staan centraal. Middels verhalen en technieken uit de cognitieve gedragstherapie krijgen kinderen tips om op een handige manier om te leren gaan met gevoelens van boosheid. Zowel preventief als in behandelingen is het boek prima inzetbaar.
Kobus, de dwarse krab´ is het vervolg op ´Een verrassende verjaardag´ van de auteur. Dezelfde personages komen voorbij. Dit boek gaat echter geheel over Kobus, die erg snel boos wordt. Hij voelt zich snel geplaagd en reageert dan gelijk heel boos. Hij gaat op zoek naar oplossingen voor zijn boosheid en vraagt de andere dieren om hulp. Tips die in het verhaal naar voren komen zijn onder andere: boosheid herkennen, eerst even afkoelen, vragen stellen (klopt het wat je denkt) en sorry zeggen.
Cognitieve gedragstherapie
Het boek is gebaseerd op technieken uit de cognitieve gedragstherapie. Er wordt gebruik gemaakt van technieken als rollenspel, ontspanningsoefeningen, modeling, emotie-educatie, time-out en positieve activatie. In het roodgedrukt staan tips en vragen die de voorlezer kan stellen. Ook staan er doe-opdrachten tussendoor, zodat er spelenderwijs geoefend kan worden met de aangereikte vaardigheden. Elk hoofdstuk eindigt met een tabel waarin de doelen, praatthema’s, doe-dingen en CGT-technieken genoemd worden, wat helpend is om de verhalen gericht in te kunnen zetten. Bij het boek hoort ook een website met gratis materialen die gebruikt kunnen worden, waaronder kleurplaten, zodat het kind tijdens het luisteren kan kleuren.
Verminderen boosheid
Het boek is bedoeld om voor te lezen aan kinderen tussen de 5 en 8 jaar. Doordat het verhaal gaat over dieren met menselijke personages, kunnen kinderen zich goed inleven in de karakters. Daardoor sluit het boek goed aan bij de belevingswereld van het jonge kind. ‘Kobus, de dwarse krab’ kan niet alleen preventief worden ingezet bij kinderen die wat sneller boos worden, maar ook in de behandeling ter vermindering van sociaal-emotionele klachten die in boosheid geuit worden. Het boek is dus breed inzetbaar en zowel bruikbaar voor ouders en leerkrachten, als voor hulpverleners die werken met jongere kinderen.
Kortom, een leuk, interactief voorleesboek, om kinderen te ondersteunen bij het leren reguleren van gevoelens van boosheid.
Zoë Kempe is Beeldend Therapeut en Orthopedagoog en werkzaam binnen de SGGZ Kind en Jeugd. Zij behandelt kinderen van verschillende leeftijden met uiteenlopende problematiek (angst, stemming, ADHD, ASS, hechting, et centera) en hun ouders. In de behandelingen combineert ze CGT met creatieve technieken en mindfulness.
