Tegenwoordig kom je, als professional in de geboortezorg en tijdens het werken met jonge kinderen en hun ouders, steeds vaker een diversiteit aan gezinsvormen tegen. Door jezelf in deze onderwerpen te verdiepen, maakt dit het makkelijker om op een prettige manier een gesprek te voeren en dus ook de juiste zorg te bieden.
In dit artikel gaan we specifiek in op donorconceptie met behulp van een spermadonor. We belichten wat dit precies inhoudt en welke termen door professionals in deze zorgtak het meest worden gebruikt.
Terminologie met betrekking tot donorconceptie
Weten welke begrippen en termen er gebruikt worden rondom een gevoelig onderwerp, maakt het makkelijker om je vak uit te oefenen. Aangezien je hiermee laat zien dat je de ander respecteert. In het geval van donorconceptie wordt er veelal gesproken over: de donor of donorvader (in dit geval dus een spermadonor), het kind (vaak donorkind genoemd), en wensouder(s) of het wensgezin.
Wat betreft de relaties wordt er gesproken over vrouw/vrouw relaties, man/man relaties en man/vrouw relaties. Óf een vader/vader gezin, een moeder/moeder gezin of een vader/moeder gezin. Uiteraard kan een gezin ook bestaan uit een enkele ouder, waarbij er meestal wordt gesproken over een single vrouw die kiest voor donorconceptie. Dit zijn de gangbare begrippen, waarbij het uiteraard mogelijk is dat iemand een bepaalde terminologie juist niet prettig vindt.
Donorconceptie bespreekbaar maken
Zelfs in deze tijd wordt donorconceptie nog niet zo snel besproken. En met name rond het begrip spermadonor heerst nog steeds een taboe. Het kan voor een wensouder(s) dan ook erg prettig zijn om dit juist wel te kunnen bespreken met jou als professionele zorgverlener. Zeker ouder(s) die een kind hebben gekregen met behulp van donorconceptie vinden het vaak lastig hoe en wanneer dit aan het kind kan worden verteld. En of ze dit het donorkind wel willen vertellen, met name als er geen sprake is van eiceldonatie. Nederlandse spermabanken selecteren namelijk een spermadonor die qua fysieke kenmerken op de wensouder(s) lijkt, waardoor er dus wel fysieke gelijkenissen zijn.
Anoniem doneren is verleden tijd
Hoewel de kans groot is dat je als zorgprofessional weet dat het anoniem doneren van sperma niet meer mogelijk is, is het wel een belangrijk punt om van op de hoogte te zijn. Zo heeft een donorkind (dat verwekt is na 2004) vanaf 12 jaar de mogelijkheid om zelf informatie op te vragen over de donor, om meer te weten te komen over de genetische afkomst.
Genetische afkomst
Veel kinderen vinden het prettig om meer te weten te komen over de donorvader. Donorkinderen kunnen namelijk het gevoel hebben dat een deel van hun identiteit niet klopt, op het moment dat ze horen dat ze donorkind zijn. Meer weten over de donorvader, en eventuele halfbroers en halfzussen (ook wel halfjes genoemd) kan dit gevoel van verwarring wegnemen. Dit is de reden dat sommige ouders ervoor kiezen om al vroeg open te zijn naar hun kind toe, aangezien het kennen van de ontstaansgeschiedenis een belangrijk onderdeel is voor het vormen van iemands identiteit en zelfbeeld.
We hopen dat dit artikel je meer inzicht heeft gegeven over de diversiteit van gezinsvormen en wat donorconceptie via spermadonatie inhoudt.
