Investeer in voor – en vroegschoolse educatie (vve) en primair onderwijs om onderwijsachterstand bij een kind met een lagere sociaal-economische status te voorkomen. Ook moet geïnvesteerd worden in de kwaliteit van de professionals die betrokken zijn bij het beleid om de achterstand terug te dringen of te voorkomen.
Dat zijn enkele adviezen uit het rapport ‘Onderwijsachterstanden, een duwtje in de rug’ van het ministerie van Financiën. Volgens het Interdepartementaal Beleidsonderzoek Onderwijsachterstandenbeleid (IBO) is het lastig om uitspraken te doen over de effectiviteit van het onderwijsachterstandenbeleid. Het beleid is versnipperd en niet alle gemeenten en scholen werken op dezelfde manier. Het kan voorkomen dat een kind bij de voorschoolse opvang wel in aanmerking komt voor ondersteuning en op de basisschool niet. Het beschikbare geld is daarbij niet evenredig verdeeld over de voorschool, vo en po. Ook is het budget om onderwijsachterstanden aan te pakken de afgelopen vijf jaar afgenomen.
Potentie elk kind maximaal benutten
“Het belang van het maximaal benutten van de potentie van elk kind, ongeacht zijn of haar achtergrond, kan nauwelijks worden overschat”, aldus drs. Marjanne Sint, voorzitter Interdepartementaal Beleidsonderzoek Onderwijsachterstandenbeleid, in haar voorwoord. “Wij hopen dat dit rapport een bijdrage levert aan het vergroten van de effectiviteit van het onderwijsachterstandenbeleid. In het belang van alle kinderen wier potentieel als gevolg van ongunstige achtergrondkenmerken niet ten volle kan worden benut. Dat is zowel in het belang van kinderen om wie het gaat als van de Nederlandse samenleving.”
Kijk voor meer informatie op de NJI-website