Tegenwoordig weten ouders al drie maanden na de geboorte of hun kindje doof of slechthorend is. “Vrijwel direct start dan de vroegbehandeling”, vertelt dr. Evelien Dirks, senior onderzoeker bij NSDSK. “Behandeling in een pril stadium is namelijk van groot belang om achterstand in de taal en sociaal-emotionele ontwikkeling te voorkomen of te beperken.” 

Wanneer weten we of een kindje een gehoorverlies heeft?
“Door de invoering van de neonatale gehoorscreening weten ouders al in een heel vroeg stadium dat hun kindje slechthorend of doof is. We streven daarbij de ‘1-3-6’-regel na. Dat wil zeggen dat we in de eerste maand opsporen, met drie maanden oud de definitieve diagnose stellen en binnen de eerste zes levensmaanden starten met interventie.

Verandert hierdoor de ouder-kindrelatie?
“Onze onderzoeken laten zien dat de gehechtheidsrelatie tussen ouder en kind eigenlijk niet zoveel verschilt met de groep van ouders zonder slechthorende kinderen. Wel is het minder gemakkelijk om langere tijd gedeelde aandacht met elkaar te hebben. Een horend kind kan bijvoorbeeld spelen en via het gesproken woord of via een geluid tegelijkertijd in interactie kan zijn met ouders. Bij een doof kindje is het op die manier contact maken met ouders tijdens het spelen minder makkelijk.”

Wat betekent dit voor de ontwikkeling van een kind?
“Dove en slechthorende kinderen hebben een achterstand in hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Zij hebben vooral meer moeite met het begrijpen van andermans bedoelingen en kunnen zich ook minder makkelijk verplaatsen in de perspectieven van een ander. We weten  dat het gebruik van ‘emotietaal’ een positief effect kan hebben op de sociaal emotionele ontwikkeling. Dit houdt in dat emoties als blij, boos en verdrietig nadrukkelijk worden benoemd. Hetzelfde geldt voor het gebruik van woorden als denken, weten en geloven. Het is dan ook belangrijk om interventies hierop in te zetten.”

Dr. Evelien Dirks: “Interventies beginnen vaak al bij drie maanden”

Waar moeten we aan denken als we het hebben over interventie?
“Vroegbehandeling. Dat betekent dat er, zeker in het begin, bijna elke twee weken een gezinsbegeleider op huisbezoek komt om de ouders te informeren over gehoorverlies en de gevolgen daarvan voor de ontwikkeling van een kind. Soms is dit een gedragswetenschapper of een logopedist, dat hangt van de organisatie af die ouders dus ondersteunt. Ze informeren ouders over technische hulpmiddelen zoals gehoortoestellen. Er wordt daarnaast veel aandacht besteed aan interactie tussen ouder en kind. Al snel wordt begonnen met gebarenlessen voor zowel de ouders en als het netwerk van het gezin. Denk aan opa’s en oma’s, buren, familie en vrienden.”

Welke methodieken worden verder ingezet om deze gezinnen te ondersteunen?
“Handig is in de eerste plaats de methode Natuurlijk Communiceren, een toolkit die we ontwikkeld hebben om het natuurlijk ouderschap te stimuleren en ouders te informeren over gehoorverlies. Het is echt van groot belang om al heel vroeg te beginnen met het stimuleren van de sociaal-emotionele ontwikkeling en de ouder-kindinteractie. Zo kunnen we in de thuissituatie met video-hometraining het natuurlijk ouderschap versterken en stimuleren. Vaak krijgt dit namelijk een knauw op het moment dat ouders te horen krijgen dat hun kindje niet goed hoort. Met deze training kunnen we de interactiemomenten tussen ouders en kind versterken. De ervaring leert dat hierdoor het zelfvertrouwen in het ouderschap toeneemt. Ook is een voorleescursus ontwikkeld om de taalontwikkeling en de interactie te stimuleren. Het voorlezen zorgt voor langere periodes van gedeelde aandacht.”

Zijn er nieuwe ontwikkelingen op dit gebied?
“Ja, we doen momenteel onderzoek naar affect bij slechthorende peuters. Daarbij kijken we tijdens interactiemomenten naar de gelaatstuitdrukkingen van ouders en kind, bijvoorbeeld hun glimlachen en/of het omhoog gaan van de wenkbrauwen. Als ouder en kind meer gedeeld affect hebben, heeft dit een positief effect op de sociaal-emotionele ontwikkeling. Binnenkort ronden we dit onderzoek af. Ik verwacht dat onze bevindingen eveneens aangrijpingspunten bieden om ouders te versterken in hun ouderschap.”

Vakblad Vroeg is er voor professionals die werken in de geboortezorg en met kinderen tot zeven jaar en hun ouders. Een abonnement kost slechts €28,- per jaar.

Ontdek ons VROEG-magazine

Vakblad Vroeg is er voor professionals die werken in de geboortezorg en met kinderen tot zeven jaar en hun ouders. Sleutelwoorden zijn preventie, vroegtijdige onderkenning en vroeghulp. Ons kwartaalmagazine biedt achtergrond en verdieping. Een abonnement kost slechts € 28,- per jaar.

Meld je aan voor de nieuwsbrief

Meld je aan voor de nieuwsbrief

Op de hoogte blijven van alle ontwikkelingen op het gebied van de geboortezorg en de zorg rond het jonge kind en zijn ouders? Schrijf je dan in voor onze wekelijkse nieuwsbrief. Deze verschijnt iedere dinsdagochtend.

"*" geeft vereiste velden aan