Pesten op school komt al heel vroeg voor: 8% van de kinderen uit groep 3 en 5% van de kinderen uit groep 4 worden iedere week gepest op school. Het programma ‘Taakspel’ dringt, mits goed uitgevoerd, het pesten terug bij deze jonge kinderen.
Dat blijkt uit onderzoek van de Vrije Universiteit Amsterdam in samenwerking met de Erasmus Universiteit en Universiteit van Utrecht. Hoogleraar ontwikkelingspsychopathologie Pol van Lier en onderzoeker Marieke Buil van de Vrije Universiteit Amsterdam en de Erasmus Universiteit Rotterdam hebben onderzocht of pesten kan worden verminderd bij kinderen uit groep 3, 4 en 5 van de basisschool. Zij deden dit in het kader van het landelijke onderzoek ‘Wat werkt tegen pesten?’ naar de effectiviteit van kansrijke programma’s tegen pesten, aangestuurd door hoogleraar Bram Orobio de Castro van de Universiteit Utrecht.
Pesten in groep 3 en 4
In 2014 zijn 13 programma’s als kansrijk beoordeeld tegen pesten door de Commissie Antipestprogramma’s. Tien hiervan zijn geëvalueerd. Slechts één van deze programma’s is geschikt voor kinderen vanaf groep 3. Dit is een groot probleem, omdat pesten ook al bij jonge kinderen voor komt. Van Lier en Buil vonden in hun onderzoek dat 8% van de kinderen uit groep 3 en 5% van de kinderen uit groep 4 aangeeft iedere week gepest te worden op school. Dit komt overeen met de frequentie van pesten in de hogere groepen. Uit eerder onderzoek blijkt dat kinderen die op jonge leeftijd worden gepest een hogere kans lopen om in latere schooljaren ook gepest te worden. Zo kan pesten een chronisch probleem worden. Dit maakt vroeg ingrijpen essentieel.
Programma Taakspel tegen pesten
Van Lier en Buil vonden dat het programma Taakspel pesten in de groepen 3, 4 en 5 binnen een schooljaar vermindert. Taakspel is een universeel programma, gericht op het creëren van een positief klimaat in de klas. Het programma is bedoeld voor alle kinderen in de klas, niet alleen voor kinderen die pesten of gepest worden. Het is wel belangrijk dat Taakspel goed wordt uitgevoerd door de leerkrachten. Uit het onderzoek bleek namelijk ook dat bij een minder goede of slechte uitvoering het aantal conflicten in de klas kan toenemen. Dit gebeurt niet wanneer Taakspel goed wordt uitgevoerd.
Vragen stellen
Net als in de hogere groepen het geval is, vertelt één op de drie gepeste kinderen uit groep 3 en 4 dit aan niemand. Daarom is het essentieel het kind zelf te bevragen. Daarnaast benadrukken van Lier en Buil dat het juist voor jonge kinderen belangrijk is dat zij niet alleen aangeven of zijzelf worden gepest, maar ook wie van hun klasgenoten wordt gepest. Door de kinderen te vragen wie van hun klasgenootjes gepest wordt en wie pest, krijg je een goed beeld van pesten in de lagere groepen.”
Monitor
Om het pestgedrag systematisch in kaart te brengen, hebben de onderzoekers een monitor ontwikkeld. In deze monitor wordt de kinderen naar hun eigen pestervaringen gevraagd en naar de pestervaringen van hun klasgenoten. Vanaf groep 5 kunnen kinderen deze monitor zelfstandig invullen. Kinderen uit groep 3 en 4 kunnen dit nog niet zelfstandig. Zij moeten 1 op 1 gevraagd worden naar hun ervaringen met pesten. Dit betekent dat pestgedrag goed in kaart brengen bij deze jonge kinderen een intensiever proces is.
Van Lier en Buil benadrukken dat het toch belangrijk is om al in de lagere groepen te starten met het in kaart brengen van pesten en er iets tegen te doen. “Pesten begint al in groep 3 en 4 van de basisschool, en is op die leeftijd net zo schadelijk voor kinderen als later.”
Bron: vu.nl