Kentalis, Pento en de Hanzehogeschool Groningen slaan de handen ineen om extra aandacht te vragen voor de te vaak nog onzichtbare taalontwikkelingsstoornis (TOS). Zo’n 70 studenten Logopedie bezoeken in februari en maart alle basisscholen in Groningen plus een deel van de kinderopvangsector met een TOS-tas. Dit gebeurt onder het mom ‘Als taal geen feestje is.’
Het is belangrijk om TOS zo vroeg mogelijk te signaleren zodat de achterstand nog kan worden ingehaald. De TOS-tas vergroot de kans om de onzichtbare TOS te herkennen. De groep studenten van de Hanzehogeschool Groningen helpt mee door deze tas persoonlijk aan te bieden bij scholen en de kinderopvang in Groningen.
Inhoud TOS-tas
In de tas zit een voorleesboek over TOS, een praatplaat met taalvragen én een set van hulpmiddelen waarmee men signalen kan herkennen. Want naast het consultatiebureau spelen leerkrachten en pedagogisch medewerkers een belangrijke rol bij het signaleren van taal- en/of spraakproblemen bij kinderen.
Organisatie
De TOS-tas is een initiatief van Kentalis en Pento (organisaties die zorg en/of onderwijs bieden aan mensen die een taalontwikkelingsstoornis hebben, slechthorend of doof zijn) in samenwerking met de Hanzehogeschool Groningen.
Vijf procent kinderen heeft TOS
In een klas of groep van twintig kinderen, heeft – statistisch gezien – één kind TOS. Bij kinderen met TOS wordt taal in de hersenen minder goed verwerkt. Een kind met TOS heeft grote moeite met praten of het begrijpen van taal. De taal- en spraakontwikkeling verloopt hierdoor anders dan bij leeftijdsgenoten. Vroegtijdig de juiste hulp bieden kan grote ontwikkelproblemen en frustraties op latere leeftijd voorkomen. Met extra hulp kunnen kinderen met TOS vaak goed meekomen, bijvoorbeeld door behandeling bij een logopedist. Soms is vroegbehandeling nodig.