Steeds vaker vindt een keizersnede plaats om niet-medische redenen als risicoloos alternatief voor een vaginale bevalling. Voor moeder of kind is echter geen bewezen gezondheidsvoordeel van deze ingreep. Risico’s zijn er wel: de pasgeborene heeft een verhoogde kans op ademhalingsproblemen, terwijl voor de moeder problemen kunnen optreden bij de volgende zwangerschappen. Het KCE, Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg, zet in een rapport de voor- en nadelen op een rij.
Het aantal geboorten met keizersnede is de voorbije dertig jaar zowat overal ter wereld fors toegenomen. In 1985 raadde de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) aan om het aantal keizersneden te beperken tot 10 tot 15% van de geboorten, maar in 2010 was dat percentage in een aantal Europese landen al opgelopen tot meer dan 30%.
Medische noodzaak
Een keizersnede wordt nodig geacht wanneer:
• de risico’s voor moeder of kind bij een vaginale bevalling vooraf te hoog worden ingeschat (geplande keizersnede om medische redenen),
• wanneer een poging om vaginaal te bevallen niet succesvol is (niet- geplande (spoed)keizersnede).
Het is wetenschappelijk bewezen dat bij bepaalde indicaties een keizersnede de mortaliteits- en morbiditeitsrisico’s voor moeder en kind doet dalen.
Geen routine-ingreep
Tegenwoordig wordt een keizersnede echter vaak beschouwd als een routine-ingreep. Redenen waarom er voor een keizersnede wordt gekozen, zelfs als er geen medische noodzaak is, zijn onder meer planning van het ziekenhuis, beschikbaarheid van de verloskundige die de zwangerschap heeft opgevolgd, organisatie van de familie op het moment van de geboorte (aanwezigheid van de partner, opvang van de andere kinderen) of vrees voor de pijn en ongemakken van een vaginale bevalling.
Negatieve gevolgen
Zonder medische indicatie is er nochtans geen bewezen gezondheidsvoordeel van een keizersnede voor moeder of kind. Steeds meer publicaties vermelden zelfs negatieve gevolgen op korte en lange termijn. Sommige gevolgen zijn duidelijk bewezen, over andere bestaat er nog onzekerheid.
De pasgeborene loopt een verhoogd risico op ademhalingsproblemen, vooral als de keizersnede plaatsvindt vóór de 39e week van de zwangerschap. Voor de moeder kunnen er vooral problemen optreden bij de volgende zwangerschappen, zoals een baarmoederscheur of problemen met de moederkoek (placenta). Vaak zal er dan een nieuwe keizersnede nodig zijn. Het KCE sluit zich aan bij de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), die ervoor pleit om enkel een keizersnede uit te voeren als het echt nodig is. Het uitvoeren van een keizersnede bij een toekomstige moeder die later nog andere kinderen wenst te hebben, is geen onschuldige ingreep. De toekomstige ouders moeten daarom goed worden geïnformeerd.
Geplande keizersnede: wat zijn de gevolgen voor de gezondheid van moeder en kind?