Kinderen met ADHD hebben geen tekort aan aminozuren en behandeling met voedingssupplementen is dus niet nodig. Ook zijn er geen verschillen tussen kinderen met en zonder ADHD in externaliserend, sociaal en schools functioneren. Ten aanzien van slaapproblemen zijn er geen verschillen tussen medicatievrije kinderen met ADHD en kinderen zonder ADHD.
Dat blijkt uit promotie-onderzoek van Carlijn Bergwerff aan de VU.In haar proefschrift wordt getracht nieuwe inzichten in ADHD te bieden, door een breed scala aan onderwerpen te bespreken die relevant zijn rondom ADHD.
Aromatische aminozuren
In de eerste plaats onderzocht Bergwerff de rol van aromatische aminozuren bij ADHD. Dit zijn bestanddelen van eiwitten die nodig zijn bij de aanmaak van serotonine en dopamine. Zij vond geen verschil in de concentraties aromatische aminozuren tussen kinderen met ADHD en kinderen zonder ADHD.
Aminozuur homocysteïne
Daarnaast onderzocht Bergwerff de rol van het aminozuur homocysteïne bij ADHD. Een tekort aan folaat of vitamine B12 leidt tot verhoogde concentraties homocysteïne in het bloed, wat schadelijke effecten heeft op de hersenen. Zij vond evenmin afwijkende homocysteïneconcentratie bij kinderen met ADHD. Dit pleit tegen bepaalde voedingsinterventies voor ADHD, die vermoedelijk slechts effectief zijn voor kinderen met tekorten aan voedingsstoffen.
Neurocognitieve profielen
Verder deed Bergwerff onderzoek naar neurocognitieve profielen. Zij vond geen verschillen tussen neurocognitieve subgroepen bij de ADHD-groep in externaliserend, sociaal en schools functioneren. Bergwerff betwijfelt hierdoor de klinische relevantie van neurocognitieve profielen bij kinderen met ADHD.
Slaapproblemen
Ook onderzocht Bergwerff slaapproblemen. De resultaten toonden dat medicatievrije kinderen met ADHD niet verschillen van kinderen zonder ADHD in slaapkwaliteit of -kwantiteit.
Nieuwe emotieherkenningstaak
Tot slot beschrijft Bergwerff een nieuwe emotieherkenningstaak. De taak bestaat uit foto’s van kindergezichten die basisemoties tonen, variërend in uitdrukkingsintensiteit. Hiermee kunnen subtiele emotieherkenningsproblemen worden ontdekt, bijvoorbeeld bij kinderen met ADHD.
