Voldoende en afwisselend spelenderwijs bewegen is belangrijk voor de ontwikkeling van jonge kinderen. Alleen geven de huidige Nederlandse beweegrichtlijnen geen advies voor kinderen jonger dan vier jaar. Wat valt er ten aanzien van zitten, bewegen en slaap te leren van een aantal buitenlandse richtlijnen op dit vlak, waaronder uit België?
Er zijn landen die wel beweegrichtlijnen voor deze jongste doelgroep hebben. Een artikel op allesoversport.nl vat de aanbevelingen van richtlijnen op dit gebied uit Australië, België, Canada, Duitsland, Nieuw-Zeeland, Verenigd Koninkrijk en Zuid-Afrika samen. Deze richtlijnen geven op dit moment ook voor Nederland richting en inspiratie. Ze komen sterk overeen en geven een goed beeld over hoeveel kinderen in deze leeftijd moeten bewegen om gezond te zijn en te blijven.
Bewegen voor kinderen jonger dan 1 jaar
Kinderen <1 jaar zouden volgens de richtlijnen van België, Australië, Verenigd Koninkrijk, Canada, Denemarken en Zuid-Afrika meerdere keren per dag op een actieve en gevarieerde manier in beweging moeten zijn. Vooral spelen op de grond moet bevorderd worden en kinderen moeten genoeg vrije en veilige ruimte hebben om te bewegen. Australië, Canada en Zuid-Afrika geven nog aan dat kinderen die nog niet kunnen lopen per dag minimaal 30 minuten (onder toezicht) in buikligging zouden moeten doorbrengen, om zich goed te ontwikkelen. Duitsland geeft aan dat kinderen van geboorte tot 3 jaar zoveel mogelijk moeten bewegen en zo min mogelijk geremd moeten worden in hun natuurlijke instinct om te bewegen.
Een Canadees animatiefilmpje brengt de do’s & don’ts van gezond bewegen (0 – 4 jaar) op eenvoudige wijze in beeld, klik hier.
Bewegen voor kinderen ouder dan 1 jaar
De beweegrichtlijnen van alle landen geven aan dat kinderen ouder dan 1 jaar minimaal 3 uur per dag actief moeten bewegen, maar meer is nog beter! De activiteiten moeten verspreid over de dag en gevarieerd zijn. Kinderen tussen 3-5 jaar zouden 1 van de 3 uur erg actief/intensief in beweging moeten zijn.
Langdurig stilzitten voor kinderen is niet gewenst. Het zou voorkomen moeten worden dat kinderen meer dan 1 uur achter elkaar stil zitten. Dit kan bijvoorbeeld door kinderen tussen het zitten even te laten bewegen. Ook is het goed om kinderen zo min mogelijk in stoeltjes of zitjes te zetten die de vrijheid van bewegen beperken. Soms is dat natuurlijk nodig, bijvoorbeeld in de auto, maar het is beter om het te beperken tot het minimum.
Slaap
Slaap speelt ook een belangrijk rol. Als kinderen goed en genoeg slapen hebben ze meer energie en zin om te bewegen. De richtlijnen geven aan dat kinderen van 0-3 maanden 14-17 uur per dag moeten slapen en kinderen van 4-11 maanden 12-16 uur per dag. Dit is inclusief de dutjes die de kinderen overdag doen.
Kinderen van 1 en 2 jaar zouden 11-14 uur per dag moeten slapen (inclusief dutjes) en kinderen van 3 en 4 jaar zouden 10-13 uur per dag moeten slapen (mag inclusief dutjes zijn). Voor kinderen van 1-4 jaar geldt ook dat zij op consequente tijden moeten slapen en weer gewerkt moeten worden.
Stimuleren
De meeste richtlijnen beschrijven ook tips over hoe je kinderen meer en gevarieerd kunt laten bewegen. Het is bijvoorbeeld goed om te zorgen dat kinderen gevarieerd bewegen door verschillende vormen van bewegen, wisselende omgevingen, wisselende ondergrond en verschillende spelletjes. Daarnaast is het ook heel belangrijk dat kinderen vooral plezier hebben in bewegen en dat activiteiten aangepast zijn op leeftijd en competentie. Daarmee houden ze het langer vol! Zorg bovendien voor genoeg uitdaging, interactie en laat kinderen zowel binnen als buiten spelen. Meer concrete tips voor bewegen voor baby’s, dreumesen en peuters vind je via de Beweegtips van Huis voor beweging.
Ontwikkeling Nederlandse beweegrichtlijn 0-4 jaar
In 2017 zijn de nieuwe Nederlandse beweegrichtlijnen uitgebracht, die aangeven hoeveel lichaamsbeweging je per dag nodig hebt voor een goede gezondheid. Deze richtlijn richt zich op de doelgroepen 4-18 jaar en volwassenen & ouderen. Voor de doelgroep 0-4 jaar zijn nog geen beweegrichtlijnen ontwikkeld door het ontbreken van (voldoende en goed) wetenschappelijk onderzoek. Terwijl daar wel veel vraag naar is vanuit de praktijk! Daarom zet Kenniscentrum Sport zich nu samen met partners uit wetenschap en praktijk in voor het ontwikkelen van een Nederlandse richtlijn. Daarmee krijgen ouders en professionals houvast hoeveelen op welke wijze lichamelijke activiteit gestimuleerd moet worden voor een goede motorische ontwikkeling en groei.