Vrouwen waren vorig jaar opnieuw ouder bij het krijgen van een eerste baby dan het jaar daarvoor. De gemiddelde leeftijd is nu 30 jaar. Door het uitstellen van de kinderwens bereikte het aantal geboorten een nieuw diepterecord. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Al sinds de jaren zeventig stijgt de gemiddelde leeftijd waarop vrouwen aan kinderen beginnen. Alleen in de periode 2004-2013 bleef die stabiel op 29,4 jaar. Volgens het CBS zijn de laatste jaren in Nederland relatief weinig kinderen geboren omdat vrouwen het moederschap uitstellen.
Dalende lijn
In 2017 was de gemiddeld 29,8 jaar bij het krijgen van hun eerste kind. Omdat er vooral onder vrouwen onder de dertig jaar minder moeders bijkwamen, is het totale aantal baby’s dat in 2017 werd geboren laag: 169.000, ruim 3.000 minder dan het jaar ervoor. Op basis van deze, voorlopige cijfers komt het aantal geboorten zelfs lager uit dan bij het vorige diepterecord uit 1983 (170.000 baby’s).
Het aantal nieuwe tienermoeders is vorig jaar verder afgenomen. Die trend is al jaren aan de gang.
Boven de 35
Uit de cijfers van het CBS blijkt verder dat het aantal vrouwen boven de 35 dat een (eerste) kind krijgt, in 2017 juist iets is toegenomen. Ook elders in Europa stijgt de gemiddelde leeftijd waarop vrouwen moeder worden, in Italië en Spanje bijna 31 jaar. Bulgarije en Roemenië in Zuidoost-Europa hebben de jongste kersverse moeders (26 jaar).